Mijn culinaire hart gaat open in de herfst. Het eten dat bij deze tijd van het jaar hoort, vind ik zalig: wildstoofpot, reebiefstuk, dikke, haast snijdbare erwtensoep, stamppotten…
Ik reken ze allemaal goed. Maar daar houdt voor mij de najaarsvreugde wel zo’n beetje op.
Striemende regen die tegen mijn autoruiten slaat, een knerpende wind die mij bijna van de weg af blaast. En steeds maar korter en donkerder wordende dagen. Ik slik vitamine Dubbel D ter compensatie en kijk vakantiefoto’s terug om een potje zonnebaden te simuleren. Als ik op visite ga, hou ik mijn sjaal om. Ik weet het, het is niet erg beleefd maar ik leg het af tegen die herfsttemperaturen.
Voor een bruiloft is het kennelijk altijd mooi weer genoeg want ik heb er twee dit weekend. Ik ga voor de krant op pad om verhaal te halen. De eerste is een 65-jarig huwelijk. Het bruidspaar ziet er tiptop uit want hé, de burgemeester komt langs om ze te feliciteren. En dat doet ie uitgebreid. Zowel de burgervader als ik vragen het stel het hemd van het nog krasse lijf en proberen erachter te komen wat nou precies het geheim is van een goed huwelijk. Humor, wederzijds respect, veel praten met elkaar, en een beetje geluk. Genoteerd!
De volgende dag heb ik de volgende trouwerij te verslaan. Een boerenbruiloft, in Spierdoik. Het is geen officiële trouwerij maar een vijfjaarlijks terugkerend dorpsspektakel van de plaatselijke jongerenvereniging. De enkel Spierdijker bruiloftsgasten snoepen van taart, bier en elkaar. ’s Avonds eten ze een kipsateetje, in tegenstelling tot vroeger. Toen schafte stamppot de pot. Met heûl veûl spekkies. Maar wel met minstens zoveel bier als deze elfde van de elfde.
De Ot en Sien-setting roept vroege jeugdherinneringen bij me op. In de zomer is er elke woensdag Oudhollandse markt was op het stadsplein. Daar mocht ik naartoe met mijn zus en broer, in ongeveer dezelfde klederdracht als de boerenbruiloftsgasten nu dragen. Vonden we leuk, en de toeristen kennelijk ook want die wilden met ons op de foto. We aten roomboterspritsafsnijdsel bij de bakkerskraam in de winkelstraat. Vonden we nóg leuker. Want ach, een kruimeltje is ook brood.